PIJNIG JOUW DUIVEL, MAAK HEM ZWAK EN TOOM HEM IN

Qays ibn al-Hadjdjaadj zei:

Mijn duivel zei tegen mij: “Ik kwam in jou als een kameel, maar ik ben vandaag in jou als een vogeltje.”

Ik zei: “Hoezo dat?”

Hij zei: “Jij laat mij smelten met het Boek van Allaah – de Almachtige en Glorieuze –.”

En in een tweede versie: “Jij hebt mij laten smelten met het Boek van Allaah – de Almachtige en Glorieuze –.”

BRON: “Aakaamoel-Mardjaan fie Ahkaamil-Djaan” (blz. 96).

Imaam ibn al-Qayyim – moge Allaah hem genadig zijn – zei:

“Het gedenken van Allaah toomt de duivel in, doet hem pijn en brengt hem schade toe, net zoals zwepen en hamers pijn doen en schade toebrengen bij degene die ermee geslagen worden. En daarom is de duivel van een gelovige: zwak, nietig en uitgeput, naar gelang hetgeen waarmee een gelovige hem (zijn duivel) martelt en intoomt aan gedenkingen en gehoorzaamheid aan Allaah.”

BRON: “Badaai’ at-Tafsier” (deel 3: blz. 447).

Aboe Hoerayrah – moge Allaah met hem tevreden zijn – zei dat de boodschapper van Allaah – Allaah’s prijzingen en bescherming zij met hem – heeft gezegd:

((Voorwaar, een gelovige put zijn duivel uit zoals één van jullie tijdens het reizen zijn kameel uitput.))

BRON: “Aakaamoel-Mardjaan fie Ahkaamil-Djaan” (blz. 96).

Imaam ibn al-Qayyim – moge Allaah hem genadig zijn – zei:

“In een overlevering van een aantal van de “salaf” staat vermeld dat een gelovige zijn duivel uitput zoals een man tijdens het reizen zijn kameel uitput, want elke keer als hij (zijn duivel) dwars ligt dan slaat hij hem met de zweep van de gedenkingen, het wenden (tot Allaah), het vragen om vergiffenis en het gehoorzamen (aan Allaah), waardoor zijn duivel in een zware bestraffing verkeerd. En niet zoals een verdorven duivel die in rust verkeerd en met rust gelaten wordt en daarom heel krachtig is en sterk.”

BRON: “Badaai’ at-Tafsier” (deel 3: blz. 447).

En Allaah weet het beste.