PROFEET SULAYMAN EN IBLIES

At-Tartoeshie heeft in het boek “Tahriem al-Fawaahish” (het verbod op onzedelijkheden) gezegd:

Yazied ibn ‘Abdillaah al-Asbahaanie heeft ons verteld dat Salamah ibn Shabieb ons vertelde dat ‘Abdoer-Rahmaan ibn Waaqid ons vertelde dat Shoedjaa’ ibn abie Nasr ons vertelde dat een man van het volk van ash-Shaam zei:

Soelaymaan, zoon van Daawoed, zei tegen een ‘ifriet van onder de djinn: “Wee jij, waar is Iblies?”

Hij zei: “O profeet van Allaah, beveelt u hem tot iets?”

Hij (profeet Soelaymaan) zei: “Nee. Waar is hij (Iblies)?”

Hij (‘ifriet) zei: “Vertrek (met mij), opdat ik je hem laat zien.”

Daarop vertrok de ‘ifriet in snel tempo, en met hem Soelaymaan, en trokken zij de zee over. Tot zij daar Iblies troffen, op een kleed boven het water.

En toen hij (Iblies) Soelaymaan – vrede zij met hem – zag schok hij en werd hij bang.

Hij (Iblies) stond op en zei: “O profeet van Allaah, Beveelt u mij tot iets?”

Hij (Soelaymaan) zei: “Nee, maar ik ben gekomen om jou te vragen over de dingen die bij jou het meest geliefd zijn en bij Allaah – de Almachtige en Glorieuze – het meest gehaat.”

Hij (Iblies) zei: “Bij Allaah, het is dat jij tot mij gekomen bent, anders zou ik het jou niet vertellen: Niets is bij Allaah – de Verhevene – meer gehaat dan een man die tot een man komt en een vrouw die tot een vrouw komt (homofilie).”

En Allaah weet het beste.

BRON: “Aakaam al-Mardjaan fie Ahkaam al-Djaan” (blz. 164).

En Allaah weet het beste.